De Gouden Leeuw

In opdracht van de gemeente Roermond is een archeologische begeleiding uitgevoerd ten tijde van graafwerkzaamheden bij de verbouwing van het pand “De Gouden Leeuw” (1999). Het onderzoeksgebied betrof het terrein (binnenplaats) achter het pand “De Gouden Leeuw”. Na sloop van de bestaande bebouwing op het binnenterrein werd het hele binnenterrein afgegraven waarna ter plekke de nieuwbouw van de nieuwe stadsbibliotheek is verrezen.

Mede aanleiding tot het besluit om de graafwerkzaamheden onder archeologisch toezicht te plaatsen is de zeer hoge archeologische verwachting die het onderzoeksgebied heeft, doordat het gelegen is in één van de oudste delen van Roermond. Om te voorkomen dat eventuele archeologische resten door de graafwerkzaamheden zouden worden vernietigd werd door de gemeente besloten deze graafwerkzaamheden archeologisch te laten begeleiden.

De archeologische begeleiding vond plaats in januari 1999 en werd uitgevoerd door J. Geraeds (archeoloog), C. Ni Cheallaigh (gemeente Roermond) en leden van de WAR (Werkgroep Archeologie Rura). Vooral de leden van de WAR hebben veel werk verzet door een groot deel van de gevonden archeologische resten schoon te maken en C. Ni Cheallaigh door ze te reconstrueren en te tekenen.

Vooronderzoek

Roermond is strategisch gelegen aan de monding van de Roer in de Maas. De oudste vermeldingen van Roermond als nederzetting stammen uit 1170-1180 na Chr. Deze duiden erop dat de plaats al omstreeks 1140 na Chr. bestond. Het centrum van het toenmalige Roermond lag op een heuvel die boven het lage terras van de Maas uitstak, het zogenaamde Buitenop. Vanwege tactische overwegingen is deze heuvel in de 14e eeuw afgegraven. In 1213 werd Roermond verwoest door Koning Otto IV. De stad werd herbouwd en verder uitgebreid. Tot 1400 breidt de stad zich langzaam uit. Deze uitbreiding kan verdeeld worden in vier periodes. De eerste uitbreiding vindt plaats tot 1225. Dan volgt de uitbreiding tot 1250, vervolgens tot 1300 en ten slotte tot 1400.

Het onderzoeksgebied behoort tot de uitbreiding van 1250 en behoort derhalve niet tot het oudste gedeelte van Roermond. De ligging van het onderzoeksgebied is zeer gunstig namelijk op een hoog gelegen oeverwal van de Roer. Juist deze hoge ligging voorkwam natte voeten (zoals wel blijkt uit het recente verleden).

Behalve de vele aangetroffen archeologische resten uit de Late Middeleeuwen zijn er ook archeologische relicten uit de Romeinse tijd in Roermond verzameld, o.a. het Romeins grafveld van Maasniel. Het is niet uitgesloten dat juist op dit hoger deel langs de Maas sporen uit een ver verleden aangetroffen konden worden.

Het pand De Gouden Leeuw

Het huidige gebouw “De Gouden Leeuw” is ontstaan door een samenvoeging van verschillende woonhuizen aan het eind van de 18e begin 19e eeuw. Het oudste als hotel ingerichte gedeelte is naar alle waarschijnlijkheid het meest rechtse pand. Op de kaart van Herman Janssens uit 1671 staan de huizen in dit gedeelte van de stad afgebeeld met een blauw dak wat erop wijst dat de panden gespaard zijn gebleven bij de stadsbrand van 1665. De gebouwen die samen het pand “De Gouden Leeuw” vormen zijn hoogstwaarschijnlijk van voor 1665.

Het pand “De Gouden Leeuw” wordt in 1773 voor het eerst genoemd. In 1791 is het in gebruik als hotel. In 1806 werd het pand Sivré naast “De Gouden Leeuw” aangekocht en in 1814 het huis gelegen voor “De Gouden Leeuw”. Dit laatste pand werd meteen gesloopt waardoor het pand “De Gouden Leeuw” meer uitstraling kreeg. In 1823/24 werd het pand verbouwd en in 1825 en later werden nog diverse percelen en woonhuizen aangekocht ter uitbreiding van het hotel. In 1875 werd op het achterliggende terrein een zaal bijgebouwd die bekend werd onder de naam de Harmoniezaal omdat de harmonie er gebruik van ging maken. In 1910 werd deze zaal verhoogd door een verdieping toe te voegen. In 1929 vestigde de LLTB zich in het pand en in 1932 kwam er een nieuwe bovenverdieping boven de harmoniezaal. In 1933 werden aan de achtergevel bijgebouwen en toiletten geplaatst. Er volgden nog meerdere verbouwingen in de 20e eeuw, echter deze waren niet zo ingrijpend als die in 2000 welke uiteindelijk hebben geleid tot de huidige stadsbibliotheek.